De Cock knikte begrijpend.

“En wie bent u?”

“Klaas van der Vaart, en ik vind het verschrikkelijk dat ze die jongen koud hebben gemaakt.”

De Cock toonde verwondering.

“Hoe weet u dat?”

De heer Van der Vaart duimde opnieuw in de richting van Vledder.

“Dat heeft hij mij verteld.”

De Cock onderdrukte een glimlach.

“U kent hem goed?”

“Wie?”

“Jasper?”

“Ik dronk wel eens een biertje met hem. Bij hem thuis. Dan klopte hij bij mij aan en vroeg: “Buur, zullen we er eentje nemen?”

Een aardig gozertje. Een goeie buur ook, geen lawaai of heibel boven je hoofd.”

“Wat deed hij, van beroep?”

“Hij werkte bij een transportbedrijf.”

“Deed hij daar wel eens verhalen over?”

“Hij was daar op kantoor…boekhouder of zo. Daar sprak hij nooit over. Hij was een fan van Ajax, sloeg geen thuiswedstrijd over.”

“Vrouwen? Vrienden?”

Van der Vaart glimlachte.

“Hij nam wel eens een mokkeltje mee naar huis. Meest in het weekend. Voor een nachtje plezier, als u begrijpt wat ik bedoel.”

De Cock plukte aan zijn neus.

“Ik begrijp wat u bedoelt. Heeft u vandaag iets gehoord, misschien gezien. Iets wat ons kan helpen?”

“Gehoord.”

“Wat…wanneer?”

“Toen hij thuiskwam.”

“Hoe laat was dat?”

“Ik dachtzo om een uur of vier, halfvijf. Ik hoorde hem de trap op komen.”

“Was hij alleen?”

Klaas van der Vaart schudde zijn hoofd.

“Er was iemand bij hem.”

“Een man, twee mannen, een vrouw?”

“Een man.”

“Hoe weet u dat?”

“Ik hoorde het aan zijn stem. Toen ze aan mijn deur voorbijtrokken, zei de man op een vrolijke toon: “Jasper, dat had je moeten zien’.”

“En?”

“Toen lachte Jasper.”

De Cock knikte vaag.

“Vermoedelijk voor het laatst.”

3

Ze reden vanaf de Haarlemmer Houttuinen terug naar de Kit. Het was gaan regenen…een zachte, vettige motregen, die tegen de voorruit kleefde. Vledder zette de ruitenwissers aan. Vrijwel onmiddellijk liet De Cock zich terugzakken en schoof zijn oude hoedje ver naar voren. Hij kende de hypnose van de ruitenwissers, die hem ertoe verleidden de zwiepende gang met zijn hoofd te blijven volgen. Na een poosje schoof hij zijn hoedje iets terug en keek schuin omhoog.

“Heb je de woning afgesloten?”

“In het colbert van het slachtoffer vond ik in een van de zijzak-ken tussen het kleingeld een sleutel. Die bleek op de woningdeur te passen.”

“Dat zou erop duiden dat Jasper zijn eigen woningdeur heeft geopend.”

Vledder knikte instemmend.

“Ik heb tegen buurman Klaas van der Vaart gezegd dat hij ons onmiddellijk moet waarschuwen als iemand zich aan de woning van Jasper meldt. We moeten voor alles voorkomen dat iemand in de woning van het slachtoffer gaat struinen. Ik wil de mogelijk aanwezige vingerafdrukken van de dader niet kwijtraken.”

De Cock bromde.

“We moeten commissaris Buitendam opjutten dat hij onze nieuw aangestelde hoofdcommissaris aanspoort om het gebrek aan mankracht bij de dactyloscopische dienst direct op te heffen. Dit kan toch niet. Moeten we voor de tweede keer naar de peedee[1] terug.”

Vledder snoof.

“We kunnen beter zelf de hoofdcommissaris benaderen. Buitendam is in die dingen veel te soft.”

De Cock reageerde niet.

“Wat vind je van het verhaal van Klaas van der Vaart?”

Vledder ademde diep.

“Het is jammer dat hij kort nadat Jasper en zijn gezelschap naar boven waren gegaan, zijn eigen woning heeft verlaten om bij zijn dochter, die een paar huizen verder woont, aan tafel te schuiven. We weten nu niet hoe lang het gezelschap van Jasper is gebleven.”

De Cock stak zijn wijsvinger omhoog.

“Zijn waarnemingen.”

“Je bedoelt de stemmen op de trap…de lach van Jasper?”

De Cock knikte.

“Je zou daaruit op kunnen maken dat die twee elkaar goed kenden.

“Jasper, dat had je moeten zien,” duidt volgens mij op een relatie die al enige tijd heeft geduurd. Het heeft een vertrouwelijk aspect.”

Vledder glimlachte.

“Het lijkt in niets op de kreet van een rechercheur tegen een man die hij kort tevoren heeft gearresteerd.”

De Cock schudde zijn hoofd.

“Die man in gezelschap van Jasper was naar mijn overtuiging ook geen rechercheur.”

Vledder gebaarde voor zich uit.

“Hoe onderbouw je dat?”

De Cock kwam iets omhoog.

“Volgens Louis van Marcinelle werd Jasper door twee rechercheurs gearresteerd.”

“En?”

“Van der Vaart zegt dat hij van mening is dat Jasper slechts in gezelschap was van een man. Ik heb daar wel vertrouwen in. Die man woont al jaren op die tweede etage en kent de geluiden van de trap.”

Vledder glimlachte.

“Hij was daarin ook vrij positief.”

“Zeker,” zei De Cock.

“Verder is het heel ongebruikelijk dat een koppeltje rechercheurs na een anestatie uit elkaar gaat en slechts een van hen de begeleiding voortzet.”

“Dat is volgens jou niet gebeurd?”

De Cock schudde zijn hoofd.

“De enige mogelijkheid die ik zie, is dat de rechercheurs die de arrestatie hebben verricht, Jasper kort

Вы читаете De Cock en een veld papavers
Добавить отзыв
ВСЕ ОТЗЫВЫ О КНИГЕ В ИЗБРАННОЕ

0

Вы можете отметить интересные вам фрагменты текста, которые будут доступны по уникальной ссылке в адресной строке браузера.

Отметить Добавить цитату
×