‘Charmaine en ik werkten samen op de IJsselsteinse Bank. Daar heb ik haar ook leren kennen. Het klikte direct tussen ons. Na enkele maanden hebben wij besloten om te gaan samenwonen.’
De Cock keek haar niet-begrijpend aan.
‘Hoe… eh, hoe is Charmaine dan,’ stamelde hij, ‘in de prostitutie terechtgekomen?’
‘Door haar!’
‘Wie?’
‘Die meid met wie ze nu optrekt.’
‘Lorette de Jong?’
Grietje reageerde verwonderd. ‘Die kent u?’
De Cock knikte.
‘Gisteravond kwam Lorette de Jong hier op het bureau en zei dat ze zich zorgen maakte om Charmaine. Mijn collega en ik zijn toen gaan kijken en vonden haar vermoord in haar peeskamertje liggen.’
De ogen van Grietje van der Zee vulden zich met tranen.
‘Charmaine,’ sprak ze luid snikkend, ‘was doodsbang voor haar. Die Lorette is zo doortrapt gemeen. Ze heeft allerlei trucs bedacht om Charmaine tot prostitutie te dwingen.’
‘Charmaine wilde niet?’
‘Absoluut niet,’ antwoordde Grietje fel. ‘Ik heb haar wel in haar peeskamertje aangetroffen met rode ogen. Dan had ze zitten huilen.’
De Cock knikte begrijpend.
‘Wat is de reden dat jij en Charmaine uit elkaar zijn gegaan?’
‘Dat is de schuld van die Lorette,’ snikte de vrouw. ‘Charmaine had haar op een vakantiereisje ontmoet en die meid kreeg onmiddellijk zo veel invloed op haar, dat het leek alsof Charmaine plotseling geen eigen wil meer had. Lorette had haar volkomen in haar macht.’
De Cock keek haar niet-begrijpend aan.
‘Zij was toch uw vriendin… Hebt u niet geprobeerd die macht te breken?’
Grietje liet haar hoofd zakken.
‘Dat ging gewoon niet,’ sprak ze toonloos. ‘Charmaine leek gehypnotiseerd… verdoofd. Het was net alsof mijn woorden niet tot haar doordrongen.’
De Cock kneep zijn ogen half dicht.
‘Naar wie gingen de verdiensten van Charmaine?’
‘Naar Lorette. Die nam alles. Wanneer Charmaine op een avond minder dan driehonderd gulden had verdiend, dan mocht ze niet naar Purmerend naar haar flatje, maar moest in haar peeskamertje overnachten.’
‘Slavin.’
Grietje knikte heftig.
‘Volkomen… tot in het diepst vernederd.’
De Cock nam een kleine pauze en kauwde op zijn onderlip.
‘In het begin van ons gesprek,’ ging hij gedragen verder, ‘zei u dat u vanmorgen bij het lezen van het bericht over de moord op de Wallen al onmiddellijk wist dat het slachtoffer Charmaine was.’
‘Dat wist ik.’
‘Intuitie?’
Grietje zuchtte.
‘Ik heb geen enkele twijfel gekend. Geen moment. Ik ben ook na het lezen van dat bericht in de ochtendkrant onmiddellijk naar u toe gekomen. Ik wist dat het eens zou gebeuren.’
‘Wat?’
‘Die moord.’
De Cock boog zich naar haar toe.
‘Hoe… hoe wist u dat?’
Grietje van der Zee spreidde haar handen.
‘Het was het enige denkbare einde.’
‘Waarvan?’
‘Van hun relatie.’
De Cock schudde zijn hoofd.
‘Dat begrijp ik niet.’
Grietje schonk hem een medelijdend lachje.
‘Dat zullen mannen,’ verzuchtte ze, ‘vermoedelijk nooit begrijpen. In de relatie tussen Lorette de Jong en mijn geliefde Charmaine was Lorette zo dominant… had ze zo veel geestelijk overwicht… zo veel… haast wellustige macht over Charmaine, dat ze niet alleen over haar leven, maar ook over haar dood beschikte.’
De Cock fronste zijn wenkbrauwen.
‘Weet u wat u zegt?’
Grietje van der Zee knikte nadrukkelijk.
‘Lorette de Jong vermoordde Charmaine. En het was niet de eerste keer.’
De Cock tastte haar gelaatstrekken af… zocht naar een zweem van waanzin. Die was er niet. Haar ogen stonden helder en buiten haar betraande gezicht was er geen spoor van emotie.
‘Niet de eerste keer?’ herhaalde hij traag en vol ongeloof.
Grietje van der Zee schudde haar hoofd.
‘Al twee keer eerder,’ sprak ze rustig, ‘heeft Lorette de Jong op het punt gestaan om Charmaine uit machtswellust te wurgen… had ze haar handen al om haar keel. Toen gilde Charmaine en kwam Lorette op tijd tot bezinning. Dit keer ging ze te ver.’
4
‘Gewauwel.’
De Cock keek zijn jonge collega verrast aan.
‘Een snelle conclusie,’ reageerde hij lachend.
Vledder knikte.
‘Geloof jij dan een woord van hetgeen die Grietje van der Zee beweert?’
De Cock krabde zich achter in zijn nek.
‘Ik… eh, ik ben toch niet van plan,’ antwoordde hij voorzichtig, ‘om haar verhaal zonder meer als ge-wau- wel af te wijzen. In vele opzichten wijkt het sterk af van hetgeen Lorette de Jong ons schetste. Die verschillen verdienen zeker onze aandacht.’
Vledder negeerde de opmerking. Hij boog zich over een notitie op zijn bureau.
‘Ik heb opgeschreven wat Grietje van der Zee over de relatie tussen Lorette en Charmaine zei: “Lorette de Jong was zo dominant, had zo veel… haast wellustige macht over Charmaine, dat ze niet alleen over haar leven, maar ook over haar dood beschikte.”’
De jonge rechercheur keek op.
‘En dat mag ik geen gewauwel noemen?’
In zijn stem klonk ongeloof.
De Cock trok zijn schouders op.
‘Ik kan het waarheidsgehalte van die bewering moeilijk inschatten. Sommige menselijke verhoudingen hebben vreemde structuren.’
Vledder gebaarde achteloos.
‘Grietje van der Zee is gewoon jaloers omdat Lorette de Jong haar vriendinnetje heeft afgepakt. Dat is het. Als wraak beschuldigt ze haar nu van moord.’
De Cock trok een bedenkelijk gezicht.
‘Wanneer we die beschuldiging praktisch bekijken, dan heeft Lorette de Jong wel degelijk de mogelijkheid gehad om Charmaine om te brengen. Ze kan na haar daad heel koelbloedig naar ons zijn gestapt met een