Tyrel. Ze had diep, herfstbruin haar en helderblauwe Tulling-ogen. Het verdriet gaf haar blik iets gejaagds en kwetsbaars en maakte haar hooguit nog mooier. Hij wilde haar graag bereiken, door het pantser van haar hoffelijkheid heen dringen. Was dat de reden dat hij sprak, of alleen maar de noodzaak, zijn aandacht van zijn volle blaas af te leiden?

‘Ik had gedacht dat we naar de Rots van Casterling konden reizen als de wegen weer veilig zijn.’ Ver bij Joffry en mijn zuster vandaan. Hoe meer hij nadacht over wat Joffry met Vier Koningslevens had gedaan, hoe meer het hem dwarszat. Als dat geen boodschap is! ‘Ik zou je graag de Gouden Galerij en de Leeuwenmuil laten zien, en de Heldenzaal waar Jaime en ik als jongens speelden. Beneden kun je het geraas horen waar de zee naar binnen komt…’

Langzaam keek ze op. Hij wist wat ze zag: het gezwollen, dierlijke voorhoofd, de rauwe stomp van zijn neus, zijn kromme, roze litteken en zijn ongelijke ogen. Haar eigen ogen waren groot, blauw en leeg. ‘Ik zal gaan waarheen mijn heer-gemaal wenst.’

‘Ik had gehoopt dat het u een genoegen zou zijn, madame.’

‘Het zal mij een genoegen zijn, u een genoegen te doen, heer.’

Zijn mond verstrakte. Wat een zielig kereltje ben je eigenlijk. Dacht je dat je haar een glimlach kon ontlokken door over de Leeuwenmuil te bazelen? Wanneer heb jij een vrouw ooit aan het glimlachen gebracht met iets anders dan goud? ‘Nee, dat was een dwaas idee. Alleen een Lannister is in staat van de Rots te houden.’

‘Ja, heer. Zoals u wenst.’

Tyrion hoorde hoe het volk de naam van koning Joffry riep. Over drie jaar is die wrede jongen een man die zelfstandig regeert… en iedere dwerg met maar een klein beetje hersens zal zich dan ver van Koningslanding bevinden. Oudstee misschien. Of zelfs de Vrijsteden. Hij had altijd al graag de Titaan van Braavos willen zien. Misschien zou Sansa dat leuk vinden. Op vriendelijke toon begon hij over Braavos, om op een muur van gemelijke beleefdheid te stuiten die even ijskoud en bikkelhard was als de Muur waarop hij eens in het noorden had gelopen. Hij werd er nu even moe van als toen. De rest van de tocht bewaarden ze hun stilzwijgen. Na een poosje merkte Tyrion dat hij hoopte dat Sansa iets zou zeggen, wat dan ook, al was het maar een woord, maar ze deed geen mond open. Toen de draagstoel op het binnenhof halt hield, liet hij het aan een knecht over, haar te helpen uitstappen. ‘We worden over een uur op het feest verwacht, madame. Ik zal mij weldra bij u voegen.’

Hij liep met stijve benen weg. Aan de overkant van de binnenplaats hoorde hij hoe Marjolij ademloos lachte toen Joffry haar met een zwaai uit het zadel tilde. Op een dag is die jongen net zo lang en sterk als Jaime en ik nog steeds een dwerg aan zijn voeten. En de kans is groot dat hij me op een dag zelfs nog korter zal maken… Hij vond een gemak en zuchtte tevreden toen hij de wijn van die morgen loosde. Er waren ogenblikken waarop pissen bijna even lekker was als een vrouw, en dit was er een van. Kon hij zijn twijfels en schuldgevoelens maar half zo makkelijk lozen. Voor zijn vertrekken stond Podderik Peyn te wachten. ‘Ik heb uw nieuwe wambuis klaargelegd. Niet hier. Op uw bed. In de slaapkamer.’

‘Ja, daar staat het bed.’ Sansa zou daar nu wel zijn om zich voor het feest te kleden. En Shae. ‘Wijn, Pod.’

Tyrion dronk hem terwijl hij in zijn vensterbank zat te broeden, met onder zich de chaos van de keukens. De zon was nog niet naar de bovenrand van de kasteelmuur gedaald, maar hij rook brood in de oven en roosterend vlees. De gasten zouden nu weldra vol verwachting de troonzaal binnenstromen: dit werd een avond vol gezang en glans, niet alleen bedoeld om Hooggaarde en de Rots van Casterling te verenigen, maar tevens om hun macht en rijkdom van de daken te schreeuwen, als les voor iedereen die zich nog tegen Joffry’s heerschappij dacht te verzetten.

Maar wie zou nu nog zo gek zijn om Joffry’s heerschappij te betwisten, na wat Stannis Baratheon en Robb Stark was overkomen?

In het rivierengebied werd nog gevochten, maar overal sloot het net zich. Ser Gregor Clegane was de Drietand overgestoken en had de Robijnvoorde veroverd en daarna bijna moeiteloos Harrenhal ingenomen. Zeegaard had zich aan Zwarte Walder Frey overgegeven, heer Randyl Tarling had Maagdenpoel, Schemerdel en de koningsweg in handen. In het westen had ser Daven Lannister zich bij de Guldentand met ser Forle Paape verenigd om naar Stroomvliet op te trekken. Ser Ryman Frey leidde vanuit de Tweeling tweeduizend speerdragers naar het zuiden om zich bij hen te voegen. En Paxter Roodweijn beweerde dat zijn vloot weldra vanuit het Prieel in zee zou steken om de lange reis rond Dorne en door de Stapstenen te aanvaarden. Stannis’ Lyseense piraten hadden een tienvoudige overmacht tegenover zich. De strijd die de maesters de Oorlog der Vijf Koningen noemden was bijna ten einde. Men had Hamer Tyrel al horen klagen dat heer Tywin geen overwinningen voor hem meer overliet.

‘Heer?’ Pod stond naast hem. ‘Gaat u zich niet verkleden? Ik heb het wambuis klaargelegd. Op uw bed. Voor het feest.’

‘Feest?’ zei Tyrion zuur. ‘Welk feest?’

‘Het bruiloftsfeest.’ Het sarcasme ontging Pod uiteraard. ‘Koning Joffry en jonkvrouw Marjolij. Koningin Marjolij, bedoel ik.’

Tyrion besloot vanavond heel, heel snel dronken te worden.

‘Goed dan, Podderik, jongen, laten we een feestganger van mij maken.’

Shae was Sansa’s haar aan het doen toen ze de slaapkamer binnenliepen. Vreugde en verdriet, dacht hij toen hij hen daar samen zag. Lachen en tranen. Sansa droeg een jurk van zilverkleurig satijn, afgezet met eekhoornbont, met geschulpte mouwen die bijna tot de vloer reikten, gevoerd met zacht, paars vilt. Shae had Sansa’s haar kunstig opgestoken in een exquis zilveren haarnet met flonkerende donkerpaarse edelstenen. Tyrion had haar nog nooit zo lieftallig gezien, maar niettemin droegen die lange, satijnen mouwen haar rouw. ‘Vrouwe Sansa,’ zei hij tegen haar, ‘u zult vanavond de schoonste vrouw in de zaal zijn.’

‘U bent al te vriendelijk, heer.’

‘Vrouwe,’ zei Shae verlangend, ‘zou ik u niet aan tafel kunnen bedienen? Ik wil zo graag de duiven uit de pastei zien opvliegen.’

Sansa keek haar onzeker aan. ‘De koningin heeft alle diensters al aangewezen.’

‘En de zaal is toch al te vol.’ Tyrion had moeite om zijn ergernis te onderdrukken. ‘Maar door het hele kasteel lopen speellieden rond, en op het buitenhof staan tafels met eten en drinken voor iedereen.’ Hij inspecteerde zijn nieuwe wambuis, karmijnrood met opgevulde schouders en opengewerkte pofmouwen die de zwart satijnen binnenmouw zichtbaar maakten. Een knap kledingstuk. Nu nog een knappe man om het te dragen. ‘Kom, Pod, help me hier eens in.’

Tijdens het kleden dronk hij nog een beker wijn. Daarna nam hij zijn vrouw bij de arm en leidde haar de Keukenburcht uit om zich bij de stroom van zijde, satijn en fluweel te voegen die in de richting van de troonzaal vloeide. Sommige gasten waren naar binnen gegaan om hun bank te zoeken. Anderen drentelden voor de deuren rond om van de warmte te genieten, die ongewoon was voor de tijd van het jaar. Tyrion voerde Sansa het binnenhof rond om de noodzakelijke plichtplegingen af te werken.

Ze is hier goed in, dacht hij, terwijl hij toekeek hoe ze heer Gyllis vertelde dat zijn hoest beter klonk, Elinor Tyrel complimenteerde met haar japon en Jalabhar Xho naar de huwelijksgewoonten op de Zomereilanden vroeg. Zijn eigen neef, ser Lancel, was door ser Kevan naar beneden gebracht, de eerste keer sinds de slag op het Zwartewater dat hij van zijn ziekbed opstond. Hij ziet eruit als een geest. Lancels haar was wit en bros geworden, en hij was zo mager als een brandhoutje. Zonder zijn vader om hem overeind te houden, zou hij ongetwijfeld in elkaar zijn gezakt. Maar toen Sansa zijn moed prees en zei hoe goed het was hem te zien aansterken, straalden zowel Lancel als ser Kevan. Ze zou een goede koningin zijn geweest en een betere vrouw voor Joffry, als hij het benul had gehad van haar te houden. Hij vroeg zich af of zijn neef eigenlijk wel in staat was om van iemand te houden.

‘Je ziet er verrukkelijk uit, kind,’ zei vrouwe Olenna Tyrel tegen Sansa, terwijl ze op hen af schuifelde in een japon van goudbrokaat die vermoedelijk meer woog dan zijzelf. ‘Maar je haar is een beetje verwaaid.’ Het oude wijfje stak een hand op om aan aan de losse strengen te frunniken, ze op hun plaats te duwen en Sansa’s haarnet recht te trekken. ‘Het spijt me heel erg van de verliezen die je hebt geleden,’ zei ze al trekkend en frummelend. ‘Ik weet wel dat je broer een gruwelijke verrader was, maar als we nu ook al beginnen om mannen op hun bruiloft te vermoorden, zullen ze nog meer voor het huwelijk terugdeinzen dan ze toch al doen. Juist ja, dat is beter.’ Vrouwe

Добавить отзыв
ВСЕ ОТЗЫВЫ О КНИГЕ В ИЗБРАННОЕ

0

Вы можете отметить интересные вам фрагменты текста, которые будут доступны по уникальной ссылке в адресной строке браузера.

Отметить Добавить цитату