‘Meer niet?’

Vledder schudde zijn hoofd.

‘Ik heb nog geprobeerd om een afspraak met hem te maken voor een onderhoud over die fraudezaak, maar dat achtte hij niet nodig.’

De Cock stond van zijn stoel op, pakte zijn regenjas en trok die aan.

Vledder keek verwonderd naar hem op.

‘Waar ga je heen?’

De Cock slofte naar de deur.

‘Nog eens babbelen met Grietje van der Zee.’

Hij draaide zich half om.

‘Jij hebt toch haar adres?’

Vledder loodste de Golf koel en behendig door het waanzinnig drukke Amsterdamse stadsverkeer. Vanaf het Damrak reed hij rechts de Prins Hendrikkade op, passeerde de Sint-Nicolaaskerk en vervolgde in de richting van het fraaie Scheepvaarthuis. Vandaar stuurde hij naar de Valkenburgerstraat.

De Cock bewonderde zijn stuurmanskunst.

‘Je hebt er zin in.’

Vledder grijnsde.

‘Ik ga er gewoon van uit dat iedere andere weggebruiker in de stad gek is.’

‘Een betwistbaar standpunt.’

‘Het werkt.’

De Cock keek hem van terzijde aan.

‘De Berkenstraat nummer 69 in Duivendrecht… Weet je het te vinden?’

‘Blindelings.’

De Cock grinnikte.

‘Ik zou er mijn ogen maar bij openhouden.’

De Berkenstraat bleek een kleine straat met op de hoek de praktijkruimte van een vermaard dierenarts, een paar echte berkenbomen in een pasgemaaid grasveld en rijkelijk veel parkeerplaatsen.

Vledder stopte en zette de motor van de Golf af. De beide rechercheurs stapten uit.

De Cock blikte verbaasd om zich heen.

‘Het lijkt hier wel landelijk gebied.’

Zij aan zij liepen ze over een breed trottoir in de richting van een park.

Nummer 69 had een bruingelakte toegangsdeur naast een nietig tuintje waarin een uitbundig bloeiende vlinderstruik stond.

De Cock belde aan.

De deur werd vrij snel opengedaan. Grietje van der Zee, gekleed in blauwe shorts en een witkatoenen blouse, keek hen met open mond aan.

‘Wat… eh, wat komt u doen?’ vroeg ze onzeker.

De Cock nam beleefd zijn hoedje af en maakte een lichte buiging.

‘Wij willen nog eens met u praten,’ sprak hij vriendelijk, ‘over de tijd dat u samen met Charmaine bij de IJsselsteinse Bank werkte.’

Grietje van der Zee deed een stap terug en hield de deur open. ‘Komt u binnen.’

Ze ging de rechercheurs voor naar een kleine, gezellig ingerichte kamer met veel planten en een viertal rotan fauteuils met fleurige kussens. Aan de wanden hingen reproducties van Monet.

De Cock nam plaats tegenover haar.

‘We hebben ontdekt,’ opende hij kalm, ‘dat Charmaine in de tijd dat zij bij de IJsselsteinse Bank werkte, fraude heeft gepleegd. Was u daarvan op de hoogte?’

Grietje keek hem argwanend aan.

‘Moet dat?’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘Dat is geen antwoord op mijn vraag. Gezien uw relatie tot Charmaine neem ik aan dat u wist dat zij fraude pleegde.’

Grietje knikte.

‘Ik wist het.’

De Cock ademde diep.

‘Volgens papieren die wij hebben aangetroffen, heeft Charmaine in een periode van twee jaar een half miljoen aan u overgemaakt.’

Grietje gleed met de rug van haar hand langs haar droog geworden lippen.

‘Dat… eh, dat klopt.’

De Cock boog zich naar haar toe.

‘Waar is dat geld gebleven?’

Grietje van der Zee zuchtte. Daarna wuifde ze met haar rechterhand om zich heen.

‘Dit huis.’

De Cock keek haar ongelovig aan.

‘Een half miljoen?’

Grietje schudde haar hoofd.

‘Tweehonderdvijfentwintigduizend gulden.’

‘En de rest?’

Grietje van der Zee kauwde nerveus op haar onderlip.

‘Naar de man van Charmaine.’

De Cock reageerde verrast.

‘De man van Charmaine?’ herhaalde hij.

Grietje knikte.

‘Toen ik Charmaine leerde kennen, was ze getrouwd.’

7

De Cock keek haar verwonderd aan.

‘Was Charmaine Dupuitrain getrouwd?’ vroeg hij met een zweem van ongeloof. ‘Ik bedoel… echt getrouwd… op een stadhuis? Ik leefde in de stellige overtuiging dat zij een lesbienne was.’

Grietje knikte traag.

‘Charmaine was lesbisch,’ reageerde ze gelaten. ‘Ze besefte dat pas goed toen ze mij leerde kennen. Toen bleek haar ware geaardheid. Dat huwelijk met Gerard van Kastelen was een vergissing. Daar had ze nooit aan moeten beginnen.’

De Cock trok zijn neus iets op.

‘Hoe heette haar man, zei u?’

Grietje van der Zee snoof verachtelijk.

‘Gerard van Kastelen… een hond van een vent.’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘U mag mannen nooit met honden vergelijken,’ sprak hij afkeurend.

‘Waarom niet?’

‘Daar doet u honden onrecht mee. Ik heb mijn eigen honden nooit honds kunnen vinden.’

‘Oke,’ sprak Grietje berustend, ‘geen hond dan. Maar u begrijpt best wat ik bedoel. Gerard van Kastelen was een echte minkukel. Een vervelende luie vent, een niksnut, een uitbuiter, een parasiet. Zolang Charmaine met hem getrouwd is geweest, heeft hij geen dag gewerkt. Hij leefde volkomen op haar kosten… vertikte het zelfs om de kleinste huishoudelijke klusjes op te knappen.’

Добавить отзыв
ВСЕ ОТЗЫВЫ О КНИГЕ В ИЗБРАННОЕ

0

Вы можете отметить интересные вам фрагменты текста, которые будут доступны по уникальной ссылке в адресной строке браузера.

Отметить Добавить цитату