het trio weer aangetroffen in het Premier Palace, nadat hij voor hen uit het restaurant was vertrokken. Langzaam maar zeker nam zijn plan vorm aan, met verscheidene variaties. Maar om de een of andere reden had Nikolai Zabotine hem opgedragen niet voor overmorgen toe te slaan, de zesentwintigste. De Rus had hem een klein wonder gegeven, dat was gemaakt in het laboratorium in Moskou. Alexander Peremogy had het al op een zwerfhond uitgeprobeerd. Het resultaat was uiterst bevredigend geweest. Het slachtoffer verloor binnen enkele tellen het bewustzijn en binnen tien minuten stopte zijn hart met kloppen. Zonder uiterlijke verwondingen.

Ideaal.

Het was 25 december, Malko werd wakker en keek naar de grauwe, bedekte lucht. Het sneeuwde nog niet. Hij had slecht geslapen. Het gemak waarmee Oleg Budynok, een van de machtigste mannen van Oekraine, overstag was gegaan, zat hem niet lekker. De angst te worden ontmaskerd, verklaarde niet alles. Malko liep naar de eetzaal op de achtste verdieping en ging bij Tatiana Mikhailova zitten, die zich al zat vol te stoppen met vleeswaren, kaas en eieren. Hoe kon ze zo slank blijven, als ze zoveel at?

‘Wat vind jij van de razborka?’ vroeg hij.

‘We hadden hem moeten neerleggen,’ zei ze met volle mond. Ze hield nog steeds vast aan de oude, vertrouwde methoden van haar baas.

‘Dood heb ik niets aan hem,’ zei Malko. ‘Ik ga kijken of hij zich aan zijn belofte houdt. Anatoly Girka zit nog veilig op de ambassade en wanneer we willen, kunnen we elk moment een schandaal ontketenen. Maar als Joesjtsjenko morgen wordt gekozen, is het allemaal niet meer nodig.’

‘Tenzij ze hem erna vermoorden,’ merkte Tatiana op. ‘Ik ken die siloviki. Ze zijn koppig en geduldig. Nitsjevo. We zullen wel zien.’

De telefoon van Malko ging net toen hij naar beneden ging. ‘Herkent u mijn stem?’ vroeg Oleg Budynok.

‘Ja.’

‘Dobre. Loop vanavond om zes uur voor Hotel Dniepro langs, op het Europaplein. Dan zult u Alexei Danilovitsj ontmoeten.’

18

In het donker zag het Europaplein er iets minder dreigend uit dan overdag, met de enorme, witte kubus van het Huis van Oekraine, die tegenover de strenge voorgevel van Hotel Dniepro stond. Over de Volodyskyi Uzviz reed een onophoudelijke stroom auto’s van de kade van de Dnjepr over de heuvel van het Khrestjatikpark naar het plein, om zich vervolgens alle kanten op te verspreiden.

Malko stond verkleumd te wachten op de stoep tegenover het Dniepro en keek afwezig naar de andere kant van het plein, naar het koepeltje boven op het afgrijselijke, witte gebouw waarin vroeger het Leninmuseum was gevestigd, maar dat nu het Huis van Oekraine was geworden. Tatiana Mikhailova zat in de Mercedes SLK, die schuin voor het hotel stond geparkeerd, tussen de taxi’s en Mercedessen met chauffeur.

Met haar Pulemyot op haar knieen, klaar om in te grijpen. Want niets garandeerde dat de door Oleg Budynok georganiseerde ontmoeting veilig zou zijn. Op de stoep was Malko een fantastisch doelwit voor iedereen die kwaad wilde. Diep in zijn jaszak voelde hij de kolf van zijn doorgeladen Glock. Elke keer wanneer er een auto vaart minderde en voor het Dniepro stopte, ging zijn hart sneller kloppen.

‘Pan Malko?’

Hij draaide zich met een ruk om. Er stonden twee mannen achter hem, diep weggedoken in lange, leren jassen, tsjapka’s op hun hoofd. Wat vrij zeldzaam was in Kiev. Hun gezichten waren onopvallend maar in hun ogen stond een levendige blik. Ze hadden hun handen in hun zakken.

‘Da.’

De man die hem had aangesproken, zei slechts: ‘Ik ben Alexei Danilovitsj. Oleg stuurt me naar u toe.’

‘Zullen we in het Dniepro gaan zitten?’ stelde Malko voor. ‘Nee, ik loop liever een eindje met u op.’

Met Malko in het midden liepen de drie mannen over de Khrestjatik. Malko keek Alexei Danilovitsj aan. ‘U bent lid van de SBU?’

‘Ja.’

‘Kunt u dat bewijzen?’

Zonder iets te zeggen, haalde hij een klein, blauw mapje uit zijn portefeuille, dat hij openvouwde en onder Malko’s neus hield. Hij verborg zijn naam met zijn duim. Het was inderdaad een pas van de SBU, die Sterk leek op die van de KGB, op de kleur na. Die van de KGB waren rood. De andere man liet ook zo’n mapje zien, dat hij daarna snel opborg.

‘Wat kunt u me vertellen?’ vroeg Malko.

Ze liepen rustig verder in de richting van de Maidan en ze zagen dat er midden op het plein een reusachtige, verlichte kerstboom stond.

‘We moesten een aanslag op kandidaat Viktor Joesjtsjenko organiseren,’ zei Alexei Danilovitsj kalm.

‘Van wie?’

‘Dat mag ik u niet vertellen. Maar het stond ons tegen het te doen. We wisten niet wie ons zou kunnen helpen de opdracht te saboteren, want we vertrouwden niemand van de Oekrainers.’ U had iemand uit de kring van Joesjtsjenko kunnen waarschuwen,’ merkte Malko op. ‘Evgueni Tsjervanienko moet de kandidaat beschermen.’

‘Dan hadden we ons bloot moeten geven en dat zou zijn weerslag op de dienst hebben gehad,’ merkte Alexei Danilovitsj op. ‘We moesten rekening houden met de toekomst. Daarom blijven we nu ook anoniem.’

‘Wat kunt u me vertellen?’

‘Een groep mensen uit de Luipaardeenheid, een speciale eenheid van onze dienst, moet morgen, op de avond van zijn verkiezing, een moordaanslag op de kandidaat plegen,’ legde Alexei Danilovitsj uit. ‘Ze zullen zich voordoen als militanten van Donetz, die door Ianukovitsj zijn gestuurd.’

‘Is Viktor Ianukovitsj daarvan op de hoogte?’

‘Nee, natuurlijk niet, want het zijn mensen zijn van hier.’

‘Wat zijn ze van plan?’

‘Viktor Joesjtsjenko moet op de avond van de verkiezingen in het hoofdkwartier van zijn partij zijn partijgenoten en de pers toespreken. Dat is morgen, zondag 26 december. Ze zullen hem aanvallen op het moment dat hij het podium op stapt. Op dat moment wordt hij niet door zijn lijfwachten beschermd, want die gaan niet mee het podium op.’

Malko kon zijn spot nauwelijks verbergen. ‘Ik neem aan dat alles wordt bewaakt en dat je er niet zomaar binnen kunt komen,’ bracht hij ertegenin.

‘Ze hebben een medeplichtige binnen,’ antwoordde Alexei Danilovitsj, ‘en ze zullen doen alsof ze volgelingen van Joesjtsjenko zijn.’

‘Dat is een zelfmoordmissie.’

‘Dat hoeft niet. Ze hebben een ontsnappingsweg voorbereid. Het is een goed georganiseerde operatie met mannen die net zo goed zijn opgeleid als de Russische elitecommando’s, de spetnatz. Ze kunnen Joesjtsjenko binnen enkele seconden de keel doorsnijden en in de menigte opgaan, gebruikmakend van de paniek die deze aanslag tot gevolg zal hebben.’

Ze waren bijna op het Onafhankelijkheidsplein. Verbaasd bleef Malko staan en vroeg: ‘Is dat alles wat u me te vertellen hebt?’

‘Voorlopig wel Maar wanneer u me uw telefoonnummer geeft, kan ik u meer vertellen wanneer ik zelf meer weet, en dan kunt u ernaar handelen.’

‘En wat wilt u ervoor in ruil?’

‘Niets. Alleen dat u niet zult vergeten wat we voor u hebben gedaan en dat u dat aan de juiste personen laat weten,’ legde de man uit die tot nu toe had gezwegen. ‘We willen alleen de Dienst beschermen.’

Vijftig meter voorbij het plein bleven ze staan, op het punt waar de auto’s die vast kwamen te zitten in de opstoppingen, probeerden te keren.

‘Goed,’ zei Malko. ‘Dit is het nummer van mijn mobiel: 8044 202 2692. Hoe weet ik of u het bent?’

‘Noem een willekeurig getal,’ antwoordde de man van de SBU. ‘29; zei Malko.

Вы читаете Dood Joesjtsjenko!
Добавить отзыв
ВСЕ ОТЗЫВЫ О КНИГЕ В ИЗБРАННОЕ

0

Вы можете отметить интересные вам фрагменты текста, которые будут доступны по уникальной ссылке в адресной строке браузера.

Отметить Добавить цитату