Even was hij sprakeloos. Zelfs Sansa wist het niet eens, toen nog niet. ‘Hoe kan dat nou? Heeft Varys het je verteld?’

‘Een page stond het aan ser Langknaap te vertellen toen ik met Lollys naar de sept ging. Hij had het weer van dat dienstmeisje dat het gesprek van ser Kevan met uw vader had opgevangen.’ Ze draaide uit zijn greep los en trok haar jurk over haar hoofd. Daaronder was ze zoals altijd naakt. ‘Geeft niet. Het is nog maar een kind. Je bezorgt haar een dikke buik en dan kom je bij mij terug.’

Ergens had hij op minder onverschilligheid gehoopt. Had, snierde hij verbitterd, maar nu weet je beter; dwerg. Shae is alles wat je ooit aan liefde zult krijgen.

Op de Modderweg heerste grote drukte, maar zowel krijgslieden als stadsbewoners weken opzij voor de Kobold en zijn escorte. Er zwierven hologige kinderen rond, sommigen met een stilzwijgende smeekbede in hun ogen, anderen luidkeels bedelend. Tyrion haalde een handvol kopertjes uit zijn beurs en smeet ze de lucht in, en de kinderen stoven er duwend en schreeuwend op af. Wie geluk had kon vanavond misschien een homp oudbakken brood kopen. Hij had nog nooit zo’n drukte op de markt meegemaakt, en ondanks al het voedsel dat de Tyrels hadden meegebracht waren de prijzen nog steeds schrikbarend hoog. Zes koperstukken voor een meloen, een zilveren hertenbok voor een schepel koren, een draak voor een zij rundvlees of zes scharminkelige biggetjes. Toch leek er aan kopers geen gebrek te zijn. Rond alle karren en stallen dromden broodmagere mannen en uitgeteerde vrouwen, terwijl anderen die er nog havelozer uitzagen vanuit steegjes gemelijk toekeken.

‘Hierheen,’ zei Bronn toen ze de voet van de Kromming bereikten. ‘Als je tenminste nog wilt…’

‘Zeker wel.’ De rivieroever was een handig excuus geweest, maar Tyrion had vandaag nog een ander voornemen. Geen aangename taak, maar wel onvermijdelijk. Ze keerden Aegons Hoge Heuvel de rug toe en reden de doolhof van kleinere straatjes aan de voet van die van Visenya in. Bronn reed voorop. Een of twee keer wierp Tyrion een blik over zijn schouder om te kijken of ze gevolgd werden, maar er was niets anders te zien dan het gebruikelijke gepeupel: een voerman die zijn paard ranselde, een oude vrouw die haar nachtspiegel uit het raam leegde, twee jongetjes die met stokken vochten, drie goudmantels die een gevangene opbrachten… ze leken allemaal onschuldig, maar elk van hen kon zijn ondergang betekenen. Varys had overal verklikkers.

Ze sloegen een hoek om, en nog een, en reden langzaam door een drom vrouwen bij een put heen. Bronn ging hem voor door een bochtig straatje, een nauwe steeg en onder een boog. Ze reden door het puin van een afgebrand huis en leidden hun paarden een lage stenen trap op. De armzalige bouwsels stonden dicht op elkaar. Bij de ingang van een kromme steeg die te smal was voor twee ruiters naast elkaar hield Bronn halt. ‘Er zijn twee scherpe bochten, en daarna loopt het dood. De kroeg zit in de kelder van het laatste gebouw.’

Tyrion steeg af. ‘Niemand mag hier in of uit voordat ik terug ben. Het duurt niet lang.’ Hij stak een hand in zijn mantel om zich ervan te vergewissen dat het goud nog in de geheime binnenzak zat. Dertig draken. Een verdomde massa geld voor een kerel als hij. Snel waggelde hij de steeg in, verlangend om dit achter de rug te hebben.

De wijnkroeg was een naargeestige plek, donker en klam, met wit uitgeslagen muren en zo’n laag plafond dat Bronn zou hebben moeten bukken om zijn hoofd niet tegen de balken te stoten. Tyrion Lannister had die zorg niet. Op dit moment was het voorvertrek leeg, op een vrouw met uitdrukkingsloze ogen na die op een kruk achter een ruwe houten toonbank zat. Ze reikte hem een beker zure wijn aan en zei: ‘Achterin.’

Inhet achtervertrek was het nog donkerder. Op een laag tafeltje brandde een flakkerende kaars naast een flacon wijn. De man daarachter leek nauwelijks gevaarlijk. Hij was klein van stuk — al waren voor Tyrion alle mannen lang — met dunner wordend bruin haar, roze wangen en een klein buikje dat de knopen van zijn hertenleren buis naar voren duwde. Inzijn zachte handen hield hij een twaalfsnarige houtharp die dodelijker was dan een zwaard.

Tyrion ging tegenover hem zitten.

‘Symon Zilvertong.’

De man boog zijn hoofd. De kruin was kaal. ‘Heer Hand,’ zei hij.

‘U vergist zich. Mijn vader is de Hand des Konings. Ikben zelfs geen vinger meer, vrees ik.’

‘U zult vast wel opklimmen. Een man als u. Mijn lieve vrouwe Shae zegt dat u pas getrouwd bent. Had mij toch eerder laten komen. Het zou mij een eer zijn geweest op uw feest te zingen.’

‘Het laatste wat mijn vrouw nodig heeft is nog meer liederen,’ zei Tyrion. ‘Wat Shae betreft, we weten allebei dat ze geen dame is, en ik zou u erkentelijk zijn als u haar naam nooit meer hardop zou noemen.’

‘Zoals de Hand beveelt,’ zei Symon.

De laatste keer dat Tyrion de man had gezien was een scherp woord genoeg geweest om het zweet bij hem te doen uitbreken, maar de zanger had kennelijk ergens moed uit geput. Hoogstwaarschijnlijk uit die flacon. Of misschien was zijn pasverworven stoutmoedigheid aan Tyrion zelf te wijten. Ik heb hem bedreigd, maar dat dreigement heeft nooit gevolgen gehad, dus nu denkt hij dat ik tandeloos ben. ‘Men zegt dat u een zeer begaafd zanger bent.’

‘Dat is heel vriendelijk van u, heer.’

Tyrion wierp hem een lachje toe. ‘Volgens mij is het tijd dat u met uw muziek naar de Vrijsteden gaat. InBraavos, Pentos en Lys zijn ze dol op liederen, en heel vrijgevig voor wie in de smaak valt.’ Hij nam een slokje wijn. Het was gemeen spul, maar wel sterk. ‘Een tournee door alle negen steden zou het beste zijn. U wilt toch zeker niemand van het plezier beroven u te horen zingen? Een jaar per stad dunkt me wel genoeg.’ Hij reikte onder zijn mantel naar het verborgen goud. ‘Nu de haven dicht is zult u naar Schemerdel moeten om u in te schepen, maar mijn dienstman Bronn bezorgt u wel een paard, en het zou mij een eer zijn als u mij toestond uw passage te betalen…’

‘Maar heer,’ wierp de man tegen, ‘u hebt mij nooit horen zingen. Ik verzoek u een ogenblik te luisteren.’ Zijn vingers vlogen behendig over de snaren van de houtharp en de kelder vulde zich met zachte muziek. Symon begon te zingen.

Hij daalde van zijn heuvel en reed door de straten der stad met al hun bochten en trappen naar zijn verborgen schat, naar zijn geheime liefde, zijn schande en zijn vreugd. Geen burcht en geen gouden keten Doen een man half zoveel deugd.

‘Het gaat nog verder,’ zei de man toen hij even ophield. ‘Een heel stuk zelfs. Vooral het refrein is leuk, vind ik. “Want handen van goud zijn altijd koud, maar vrouwenhanden zijn warm:…” ’

‘Genoeg.’ Tyrion trok zijn vingers zonder iets erin uit zijn mantel. ‘Dat is een lied dat ik niet nog eens wil horen. Nooit.’

‘Nee?’ Symon Zilvertong legde zijn harp weg en nam een slok wijn. ‘Jammer. Maar iedere man heeft zijn lied, zoals mijn oude leermeester placht te zeggen toen hij mij leerde spelen. Anderen zullen dat wijsje misschien meer waarderen. Of uw edele vader.’

Tyrion wreef over het litteken op zijn neus en zei: ‘Mijn vader heeft geen tijd voor zangers, en mijn zuster is minder vrijgevig dan ze lijkt. Een wijs man zou meer kunnen verdienen met zwijgen dan met zingen.’ Duidelijker kon hij het niet zeggen.

Symon leek snel genoeg te begrijpen waar hij op zinspeelde. ‘U zult mijn prijs bescheiden vinden.’

‘Dat hoor ik graag.’ Dit zou geen zaak van dertig gouden draken zijn, vreesde Tyrion. ‘Zeg het maar.’

‘Op de bruiloft van koning Joffry,’ zei de man, ‘komt er een zangerswedstrijd.’

‘En er komen jongleurs, narren en dansende beren.’

‘Een dansende beer, heer,’ zei Symon, die de voorbereidingen van Cersei kennelijk met veel meer belangstelling had gevolgd dan Tyrion. ‘Maar zeven zangers. Galyeon van Caay, Bethanie-met-de-mooie-vingers, Aemon Costijn, Alaric van Eysen, Hamis de Harpspeler, Collio Quaynis en Orland van Oudstee gaan een wedstrijd aan om een vergulde luit met zilveren snaren. Toch is er onverklaarbaar genoeg geen uitnodiging uitgegaan naar iemand die hun aller meester is.’

Добавить отзыв
ВСЕ ОТЗЫВЫ О КНИГЕ В ИЗБРАННОЕ

0

Вы можете отметить интересные вам фрагменты текста, которые будут доступны по уникальной ссылке в адресной строке браузера.

Отметить Добавить цитату